Verse 
D               A 
Weet je dat de Vader je kent 
A7                 D 
Weet je dat je van waarde bent 
D      (D/F#)          G 
Weet je     dat je een parel bent 
D         A        D 
Een parel in Gods hand (2x) 

verse 1 
D                     A 
Ze zeggen allemaal je kan niks doen, je bent een oen 
A                           D 
Ze trekken altijd aan mijn paardestaart, ik ben niks waard ! 
D                          A 
Nou heb ik weer de ranja omgegooid, ik leer het nooit 
A                              D 
Mijn moeder luistert nooit als ik wat zeg, Ik heb altijd pech, ik ga maar weg. 


[Refrão]
D               A 
Weet je dat de Vader je kent 
A7                 D 
Weet je dat je van waarde bent 
D      (D/F#)          G 
Weet je     dat je een parel bent 
D         A        D 
Een parel in Gods hand (2x) 

verse 2 
D                            A 
Ik snap alweer niks van die rare som, ik ben zo dom 
A                           D 
Mijn bloes zit onder de spaghetti-mix, ik kan ook niks 
D                          A 
Al noemt de hele klas mij sacherijn, ik mag er zijn 
A                                  D                                     E 
Al zegt mijn broertje steeds: wat stout ben jij, God houdt van mij, God houdt van mij. 


[Refrão]
E               B 
Weet je dat de Vader je kent 
B7                 E 
Weet je dat je van waarde bent 
E      (E/G#)          A 
Weet je     dat je een parel bent 
E         B        E 
Een parel in Gods hand (2x)